Kniepijn tijdens eenvoudige bewegingen zoals traplopen, opstaan uit een stoel of hurken kan je behoorlijk beperken in je dagelijkse leven. Vaak ligt de oorzaak in een versleten kniegewricht (artrose), waarbij het kraakbeen tussen de gewrichtsdelen slijt. Hierdoor ontstaat wrijving, stijfheid en pijn bij buigen of belasten van de knie. In sommige gevallen is de oplossing een knieprothese: een kunstknie die de natuurlijke functie van het kniegewricht grotendeels overneemt.
Wat gebeurt er bij slijtage van de knie?
De knie is een scharniergewricht dat voornamelijk buigt en strekt. De uiteinden van het dijbeen en scheenbeen zijn bekleed met kraakbeen – een gladde en verende laag die ervoor zorgt dat de gewrichten soepel bewegen. Bij artrose raakt dit kraakbeen beschadigd of verdwijnt zelfs helemaal, waardoor bot op bot komt te liggen. Hierdoor wordt elke beweging pijnlijk, vooral bewegingen waarbij druk op het gewricht komt te staan, zoals traplopen of hurken.
Als pijnstillers en fysiotherapie onvoldoende helpen, kan een operatie noodzakelijk zijn. Bij een knieprothese wordt het beschadigde kniegewricht vervangen door een kunstgewricht, bestaande uit drie delen: een plateau voor het scheenbeen, een deel voor het bovenbeen en een tussenstuk dat de beweging opvangt.
Waarom deze bewegingen zoveel pijn doen
Traplopen en hurken zijn complexe bewegingen waarbij het hele lichaamsgewicht op één knie komt te staan, vaak in een gebogen houding. Dat maakt ze extra belastend voor een versleten gewricht. Pijn tijdens deze bewegingen is dus een duidelijk signaal dat de knie het zwaar te verduren heeft.
Na het plaatsen van een knieprothese blijft deze pijn in eerste instantie bestaan, vooral tijdens het herstel. De spieren moeten weer op kracht komen en de knie moet wennen aan het nieuwe gewricht. Traplopen en hurken vragen dus veel oefening, maar zijn wél weer mogelijk met de juiste begeleiding en revalidatie.
Hoe een knieprothese je helpt
Een knieprothese biedt uitkomst wanneer dagelijkse bewegingen ondraaglijk worden. Dankzij de kunstknie kunnen mensen vaak weer traplopen, wandelen en fietsen – zonder constante pijn. Maar dat vraagt wel om een goede voorbereiding en een serieus revalidatietraject.
Voor de operatie wordt je gezondheid gescreend en bespreek je met de arts of je bijvoorbeeld medicijnen gebruikt. Na de operatie blijf je ongeveer 1 à 2 nachten in het ziekenhuis, waar je direct start met oefenen, soms al op de dag van de operatie. Traplopen wordt daar ook geoefend als dat thuis nodig is.
Herstel thuis: oefenen, geduld en ondersteuning
Eenmaal thuis is het belangrijk dat je door blijft oefenen. De fysiotherapeut leert je hoe je veilig kunt traplopen en weer kunt hurken of opstaan. Begin met hulpmiddelen zoals een rollator of krukken, en bouw je zelfstandigheid geleidelijk op. Vermijd bewegingen die te veel druk zetten op de knie – en luister vooral goed naar je lichaam.
Tips voor thuis:
Gebruik een hoge stoel met armleuningen.
Zorg voor een stabiele douchestoel.
Leg spullen op grijphoogte.
Oefen meerdere keren per dag met je knie, maar forceer niets.
Tot slot
Pijn bij hurken en traplopen hoeft geen blijvend probleem te zijn. Als een knieprothese noodzakelijk is, kun je met de juiste voorbereiding, begeleiding en oefeningen weer een actief leven opbouwen. Het vergt tijd en inzet, maar de winst in levenskwaliteit is vaak groot.
Blijft de pijn aanhouden, of twijfel je of je klachten passen bij artrose of een andere aandoening? Raadpleeg dan altijd je huisarts.